Een bedrijf gaat failliet en de schuldeisers vissen achter het net omdat er dankzij allerlei slimme constructies met bv's niets meer te halen valt. Jan Elbers kreeg er ooit bij de Belastingdienst als ontvanger van rijksbelastingen mee te maken en het liet hem niet meer los. Hij wijdde er zijn promotieonderzoek aan. Op basis van zijn onderzoek concludeert hij dat het Nederlandse recht wel degelijk beschikt over middelen om dergelijk misbruik aan te pakken. Op 5 september 2014 verdedigt hij zijn proefschrift 'Misbruik van het identiteitsverschil en crediteursbenadeling' bij de Open Universiteit in Heerlen.

 

Misbruik van het identiteitsverschil
Promovendus Jan Elbers verwacht dat het aantal complexe groepen van onderling verweven bv's bij bedrijven zal toenemen. Het risico op misbruik van het identiteitsverschil neemt daardoor ook toe. Misbruik van het identiteitsverschil houdt in dat bedrijven misbruik maken van het feit dat de wet bv's ziet als zelfstandige rechtspersonen met een eigen identiteit. Tussen bv's bestaat met andere woorden identiteitsverschil. Een bv is daardoor alleen aansprakelijk voor haar eigen daden en schulden. Door bezittingen en schulden binnen bedrijven slim te spreiden over meerdere bv's, kunnen schuldeisers buitenspel gezet worden.

Geen nieuwe regelgeving
Elbers wilde weten of het nodig is om het Nederlandse aansprakelijkheidsrecht aan te passen om dergelijk misbruik te kunnen aanpakken. Op basis van zijn onderzoek concludeert hij dat het Nederlandse recht over voldoende juridische middelen beschikt om dit probleem aan te pakken. Elbers: "Het Nederlandse aansprakelijkheidsrecht kent het middel 'vereenzelviging'. Dat houdt in dat rechtspersonen, als het gaat om aansprakelijkheid, aan elkaar gelijk gesteld worden. Schuldeisers kunnen bij de rechter een beroep op dit middel doen: ze kunnen stellen dat meerdere rechtspersonen binnen een bedrijf met elkaar 'vereenzelvigd' moeten worden en dat dus ieder van deze rechtspersonen aansprakelijk is voor de openstaande schulden of schade. Ik verwacht dat de rechter een beroep op vereenzelviging vaker dan in het verleden zal honoreren."

Bewijslast verlichten
Naast vereenzelviging identificeert Elbers in zijn proefschrift nog een aantal andere juridische middelen waarmee misbruik van het identiteitsverschil kan worden bestreden: de onrechtmatige daadactie, de actio Pauliana en het beroep op schijnhandelen. Volgens hem zijn deze vier middelen tezamen voldoende om de diverse varianten van het misbruik aan te pakken. Elbers: "Een voorwaarde is wel dat de rechter bereid is om een curator of een benadeelde schuldeiser tegemoet te komen als die door de tegenpartij in een zware bewijspositie is gebracht. De tegenpartij doet immers bij misbruik van het identiteitsverschil alles om te voorkomen dat er iets te bewijzen valt. Ik adviseer dus dat de rechter dan op grond van de eisen van redelijkheid en billijkheid de bewijslast van de benadeelde partij verlicht."

Jan Elbers (Zwartsluis, 1956) verdedigt zijn proefschrift getiteld

'Misbruik van het identiteitsverschil en crediteursbenadeling:
een onderzoek naar vereenzelviging en klassieke vormen van redres'

vrijdag 5 september om 13.30 uur
bij de Open Universiteit in Heerlen. Promotores zijn prof. mr. J.G.J. Rinkes
(Open Universiteit) en prof. em. dr. J.W. Zwemmer (Universiteit van Amsterdam).


Myreport twitter